Het ontwikkelingsperspectiefplan (OPP)

Over Rechtsprekers

Recht doen aan de praktijk en het verschil maken voor de praktijk!

Bekijk het cursusaanbod

Blijf op de hoogte

Nu inschrijven

In het ontwikkelingsperspectief (hierna : “OPP”) beschrijft de school de doelen die een leerling kan halen. Het biedt handvatten waarmee de leraar het onderwijs kan afstemmen op de onderwijsbehoeften van de leerling. Tevens laat het zien naar welk vervolgonderwijs de school, samen met de leerling en diens ouders, toewerkt. Maar wat nou als u het niet eens bent met de inhoud van het OPP? En bestaan er eigenlijk wettelijke eisen waar een OPP aan dient te voldoen?

Wat verstaan we onder “OPP”?

Het doel van het OPP is de ontwikkelingskansen van leerlingen te optimaliseren: waarbij het belang van de leerling voorop staat. Scholen krijgen handvatten voor het opstellen, uitvoeren, monitoren en evalueren van een OPP en voor de wijze waarop zij de samenwerking met ouders kunnen vormgeven.

Werken met een ontwikkelingsperspectief draagt bij aan het maken van een omslag van volgen naar plannen. In plaats van de (leer)ontwikkeling te volgen en af te wachten waar de leerling uiteindelijk uitkomt, plant de school met het OPP doelgericht het onderwijs, op basis van hoge verwachtingen. Hiermee voorkomt de school onderpresteren en krijgen alle leerlingen de kans zich optimaal te ontwikkelen op basis van hun mogelijkheden en talenten.

Feitelijk bestaat een format OPP uit drie onderdelen: het ontwikkelingsdeel, het planningsdeel en het evaluatiedeel. Het OPP is afgestemd met leerling en ouder/verzorger waarbij minimaal 1 keer per jaar een evaluatie plaatsvindt met zowel ouder/verzorger als leerling. Het OPP wordt steeds door alle betrokkenen ondertekend. Daarnaast hebben ouders instemmingsrecht op het handelingsdeel. Het handelingsdeel ziet toe op beschrijving van individuele ondersteuning, inzet van betrokkenen en hulpmiddelen.

Bestaan er wettelijke eisen waar een OPP aan dien te voldoen?

Er bestaan wel degelijk wettelijke eisen waar een OPP aan dient te voldoen. Wel bestaan er verschillen tussen het opstellen van een OPP voor speciaal basisonderwijs en voor het basisonderwijs. Dit heeft te maken met de wet- en regelgeving omtrent passend onderwijs in het algemeen en het OPP in het bijzonder. Het doel en de inhoud van het OPP zijn voor de verschillende onderwijstypen gelijk. De wijze waarop een school/ bestuur het OPP optimaal benut om onderwijs te plannen en te evalueren, verschilt echter.

Bij de volgende groepen van leerlingen moet een plan worden opgesteld in de eerste 6 weken na de start van het onderwijs: leerlingen in het speciaal onderwijs, leerlingen in het praktijkonderwijs, leerlingen met een rugzak vanuit de oude systematiek en leerlingen die extra ondersteuning krijgen op school. Kenmerkend voor extra ondersteuning is dat er op meerdere van de volgende 5 aspecten ondersteuning nodig is: aandacht (groepsgrootte en/of inzet assistent), inzet materialen, aanpassing ruimte, inzet expertise en samenwerking met externe organisaties.

De bij wet verplichte onderdelen van het OPP zijn:

  • de verwachte uitstroombestemming van de leerling (type vo of uitstroomprofiel vso);
  • de onderbouwing van de verwachte uitstroombestemming van de leerling. De onderbouwing bevat in elk geval een weergave van de belemmerende en bevorderende factoren die van invloed zijn op het onderwijs aan de leerling;
  • een beschrijving van de te bieden ondersteuning en begeleiding en – indien aan de orde – de afwijkingen van het (reguliere) onderwijsprogramma;
  • Binnen zes weken na inschrijving van een leerling die extra ondersteuning krijgt, moet de school het OPP vaststellen.